Nl:Latijnse woorden en expressies/G
(Redirected from Latin words and expressions/G/nl)
Latijnse woorden en expressies die starten met de letter G.
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z - @ - * |
- gen.
- genus, generis
- gral. absol.
- generali absolutione
- galli
- gallisch (waarschijnlijk in de betekenis van "waal")
- gangredine consumptus
- door kanker verteerd
- garbae
- schoven, graan schoven, garve
- garcifer
- kok, keukenjongen, koksjongen
- gemellae
- vrouwelijke tweelingen
- gemelli
- mannelijke tweelingen
- gemini, geminae
- tweelingen
- gemmarius
- steensnijder, juwelier
- geneculum
- evenknie
- genr, generi
- schoonzoon
- generali absolutione
- algehele vergiffenis
- generatio
- sibbe, familie in de ruimste zin, mensenleeftijd, generatie (tijdspanne van ong. 30-35 jaar) geslachten, mensengeslacht
- generosa
- weledelgeboren dame
- generosus
- weledelgeboren heer
- genetrix
- moeder, zij die baart
- geniculum
- evenknie
- genimen, geniminis
- spruit, afstammeling, nakomeling
- genitor
- verwekker, oorsprong, vader
- genitores
- ouders
- genitrix
- moeder, zij die baart
- genitum
- verwekken, in 't leven roepen, voortbrengen, geboren
- genitura
- kind, nageslacht, nakomelingschap
- genitus
- (bn) verwekt, in 't leven geroepen, voortgebracht, telg, afstammeling, zoon
- gens
- familie (van manswege), geslacht, sibbe, stam, volk
- gentis
- genitief van gens
- gentiles
- (mv.) verwanten, heidenen
- gentilitas
- verwantschap
- gentilitia, -ium, -um
- (bn) tot het geslacht behorend, tot de familie behorend
- genui
- ik heb verwekt, ik heb in 't leven geroepen, gebaard
- generis
- genitief van genus
- genus
- geslacht, sekse, familie
- germana, germanus
- (bn) eigen, lijfelijk, vleselijk, lijfelijke (volle) zuster of broer
- germen, germinis
- twijg, knop, spruit, afstammeling, nakomeling
- grulus
- drager, bode
- gignere
- verwekken, in 't leven roepen, voortbrengen
- gladiarius
- messenmaker, wapensmid, degensmid, zwaardveger
- glos, glosoris
- manszuster, schoonzuster
- gosephilatium
- offerblok
- gradus
- grad van bloedverwantschap, stap
- granarium
- graanzolder, graanmagazijn
- granarius
- aman, ambtman, baljuw, drost, bediende bij de graancijns, rentmeester van een hofhorig goed
- granum
- graan
- graphiarius
- secretaris, schrijver, klerk
- grassarius
- vettewarißëßr (iemand die olie, kaarsen en vet verkoopt)
- de gratia speciali
- door een bijzondere gunst
- gratis et pro deo
- gratis voor god
- gravamen, gravamina
- bezwaar, bezwaren
- gravida, gravidita
- zwanger
- gravidam, graviditatis
- zwangerschap
- gravia
- zwaar, ernstig, zwanger
- graffiarius
- griffier
- gregio
- herder, (mil.) gewoon soldaat, soldaat 2e klas
- grossa
- grosse (oorspronkelijk:een in 't net met grote, duidelijke, letters gesteld afschrift van en ambtelijk stuk)
- grutarius
- grutter, gorter
- guasapa
- mantel